In 2018 heeft de overheid van Tanzania grote veranderingen doorgevoerd in haar koffiebeleid. Voor de koffiegroep van Kikundi Koffee pakten deze wijzigingen goed uit. Omdat het zo goed gaat, willen veel koffieboeren zich nu aansluiten bij onze koffiegroep. Een mooie bijkomstigheid is dat er dan meer biologische teelt komt in Aranga.
De grootste verandering is dat kleine koffieboeren nu verplicht zijn om zich te organiseren in collectieven. Tot nu toe werkten de meeste Tanzaniaanse koffieboeren als kleine zelfstandigen. Zij verkochten hun koffie aan tussenhandelaren, die vaak een veel te lage prijs betaalden. Om de kleine boeren te beschermen, heeft de Tanzaniaanse overheid koffieboeren nu verplicht om zich te verenigen in koffiecollectieven. Deze collectieven verkopen hun koffie aan een lokale Agricultural Marketing Cooperative Society (AMCOS), die de koffie hetzij doorverkoopt aan een koper of tussenhandelaar, hetzij aan de lokale veiling. Het is het tussenhandelaren nu verboden om direct in te kopen bij de boeren. Zo hebben de koffieboeren een groter aandeel in de waardeketen ofwel value chain.
Aanvankelijk was onze koffiegroep in Aranga niet enthousiast over het plan. Onze koffiegroep was al een collectief, maar volgens de nieuwe regels moet elk koffiecollectief uit minimaal zestig leden bestaan. Het Aranga-collectief bestond uit ongeveer dertig families. Dat wilden ze graag zo houden: met een kleinere groep is het makkelijker om de (biologische) kwaliteit van de koffie te blijven waarborgen.
Uiteindelijk was de oplossing eenvoudig. De koffiegroep is uitgebreid doordat meer mensen uit de bestaande families lid zijn geworden van het collectief. Daarnaast zijn er tien nieuwe families lid geworden van de koffiegroep. Zo is het aantal leden van het collectief gegroeid van 28 tot 64.
Lange wachtlijst voor nieuwe koffieboeren
Het succes van onze boeren is niet onopgemerkt gebleven. Veel koffieboeren uit de omgeving willen zich aansluiten bij onze Aranga-koffiegroep. Dit kan niet altijd. Sommige koffieboeren hebben niet genoeg land of niet genoeg koffiestruiken. Andere boeren zijn alleen geïnteresseerd in de ziektekostenverzekering. Bovendien kan niet iedereen de eenmalige inschrijvingskosten van 120.000 Tanzaniaanse shilling betalen (ongeveer 45 euro). Deze inschrijfkosten zijn wettelijk verplicht.
Meer biologische teelt
Koffieboeren die zich wél bij ons collectief hebben aangesloten, moeten hun koffie biologisch gaan verbouwen. Zij moeten dus bereid zijn om van conventionele teelt om te schakelen naar biologische teelt. Hier komt training bij kijken – en geduld. Pas als de nieuwe leden twee jaar geen chemische ‘gewasbeschermingsmiddelen’ (gif) hebben gebruikt, komen hun koffiebonen in aanmerking voor biologische certificering. Een mooie bijkomstigheid van de nieuwe aanwas is dus dat meer koffieboeren uit de omgeving biologisch gaan telen.
De certificering is in handen van Kilimohai. Kilimohai is aangesloten bij de Tanzania Organic Agricultural Movement (TOAM). Elk jaar moeten de boeren opnieuw worden gecertificeerd. Dit gebeurt zowel extern (via Kilimohai) als intern (door de eigen koffiegroep).